Omslaan: verschil tussen versies

Uit EurosWiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
k interne linkjes
Tesprunken (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 3: Regel 3:
Als een boot helling maakt, dan zijn er twee belangrijke krachten die op de boot werken. Ten eerste zal de vorm van de boot de boot weer doen oprichten, en ten tweede zal ook de gewichtsverdeling de boot meer of minder helling geven.
Als een boot helling maakt, dan zijn er twee belangrijke krachten die op de boot werken. Ten eerste zal de vorm van de boot de boot weer doen oprichten, en ten tweede zal ook de gewichtsverdeling de boot meer of minder helling geven.


Een E22 maakt gebruik van [[gewichtsstabiliteit]]. De [[kiel]] die onder de boot hangt zal - als de boot schuin gaat - door de [[zwaartekracht]] de boot weer overeind trekken. Voor een E22 is het zo uitgerekend dat dit nog werkt tot een hoek van ongeveer 135 graden. Tegen die tijd lig je al lang met je mast op het water waardoor je dus eigenlijk niet om kan slaan. Je kan dus nog wel [[platslaan]].
Een E22 maakt vooral gebruik van [[gewichtsstabiliteit]]. De [[kiel]] die onder de boot hangt zal - als de boot schuin gaat - door de [[zwaartekracht]] de boot weer overeind trekken. Voor een E22 is het zo uitgerekend dat dit nog werkt tot een hoek van ongeveer 135 graden. Tegen die tijd lig je al lang met je mast op het water waardoor je dus eigenlijk niet om kan slaan. Je kan dus nog wel [[platslaan]].


De [[Ebenhaëzer]] heeft geen kiel en dus geen gewichtsstabiliteit. Daarentegen heeft deze wel een grote [[vormstabiliteit]]. Doordat de boot heel breed is, is het moeilijk om hem om te krijgen. De boot is slechts met veel wind schuin te krijgen. Het effect van vormstabiliteit neemt echter wel af des te schuiner de boot gaat, in tegenstelling tot de oprichtende kracht ten gevolge van gewichtsstabiliteit die enkel toe neemt. Als de Ebenhaëzer dus extreem schuin gaat dan zal deze omslaan en niet makkelijk meer overeind te krijgen zijn. Dit moet vooral niet uitgeprobeerd worden.
De [[Ebenhaëzer]] heeft geen kiel en dus weinig gewichtsstabiliteit. Daarentegen heeft deze wel een grote [[vormstabiliteit]]. Doordat de boot heel breed is, is het moeilijk om hem om te krijgen. De boot is slechts met veel wind schuin te krijgen. Het effect van vormstabiliteit neemt echter wel af des te schuiner de boot gaat, in tegenstelling tot de oprichtende kracht ten gevolge van gewichtsstabiliteit die enkel toe neemt. Als de Ebenhaëzer dus extreem schuin gaat dan zal deze omslaan en niet makkelijk meer overeind te krijgen zijn. Dit moet vooral niet uitgeprobeerd worden.


Een Laser 2 slaat, zoals gezegd, erg makkelijk om. Dit komt omdat de boot maar weinig gewichts- of vormstabiel is. Bij een Laser 2 is het de bemanning die voor de stabiliteit moet zorgen. Het voordeel is echter dat het heel makkelijk is om de boot weer overeind te krijgen, mocht deze onverhoops toch omslaan.
Een Laser 2 slaat, zoals gezegd, erg makkelijk om. Dit komt omdat de boot maar weinig gewichts- of vormstabiel is. Bij een Laser 2 is het de bemanning die voor de stabiliteit moet zorgen. Het voordeel is echter dat het heel makkelijk is om de boot weer overeind te krijgen, mocht deze onverhoops toch omslaan.


[[categorie:zeilterm]]
[[categorie:zeilterm]]

Versie van 22 okt 2007 19:32

Van omslaan is sprake wanneer een boot zover helling maakt dat deze niet meer vanzelf rechtop komt. Een Laser 2 slaat heel makkelijk om, een E22 juist niet.

Als een boot helling maakt, dan zijn er twee belangrijke krachten die op de boot werken. Ten eerste zal de vorm van de boot de boot weer doen oprichten, en ten tweede zal ook de gewichtsverdeling de boot meer of minder helling geven.

Een E22 maakt vooral gebruik van gewichtsstabiliteit. De kiel die onder de boot hangt zal - als de boot schuin gaat - door de zwaartekracht de boot weer overeind trekken. Voor een E22 is het zo uitgerekend dat dit nog werkt tot een hoek van ongeveer 135 graden. Tegen die tijd lig je al lang met je mast op het water waardoor je dus eigenlijk niet om kan slaan. Je kan dus nog wel platslaan.

De Ebenhaëzer heeft geen kiel en dus weinig gewichtsstabiliteit. Daarentegen heeft deze wel een grote vormstabiliteit. Doordat de boot heel breed is, is het moeilijk om hem om te krijgen. De boot is slechts met veel wind schuin te krijgen. Het effect van vormstabiliteit neemt echter wel af des te schuiner de boot gaat, in tegenstelling tot de oprichtende kracht ten gevolge van gewichtsstabiliteit die enkel toe neemt. Als de Ebenhaëzer dus extreem schuin gaat dan zal deze omslaan en niet makkelijk meer overeind te krijgen zijn. Dit moet vooral niet uitgeprobeerd worden.

Een Laser 2 slaat, zoals gezegd, erg makkelijk om. Dit komt omdat de boot maar weinig gewichts- of vormstabiel is. Bij een Laser 2 is het de bemanning die voor de stabiliteit moet zorgen. Het voordeel is echter dat het heel makkelijk is om de boot weer overeind te krijgen, mocht deze onverhoops toch omslaan.