Opzetten

Het beginnen van een rondje blufpoker. Het doel is om een zo goed mogelijke combinatie van dobbelstenen te krijgen in drie worpen. Bij elke worp mag je slechts alle dobbelstenen opnieuw gooien. Na de derde worp moet je de dobbelstenen blind doorgeven.

Een voorbeeld:

• Je bent gechopt omdat je buurman een chopkonijn is en je blind 665 doorgaf. Het ligt er natuurlijk niet, maar je buurman moet toegeven dat de 5 er wel lag.
• Je verzamelt alle drie de dobbelstenen en doet ze in de beker
• Je vergeet natuurlijk niet eerst je draaisteen te draaien, dit tot grote teleurstelling van de andere mensen aan de tafel
• Je gooit de dobbelstenen en kijkt (zonder dat iemand anders het ziet) wat er onder de beker ligt. Helaas, een kleine snuif. Je hebt nog twee pogingen
• Je gooit alle drie de dobbelstenen nog eens over en kijkt weer: 542. Daar doe je het natuurlijk niet voor; er moet minstens een zes liggen.
• Dit is je laatste poging. Je gooit nu alle drie de dobbelstenen weer onder de beker, maar je kijkt nu niet! Aangezien dit je derde worp is geef je de beker blind door aan je charmante buurvrouw met een resolute "tweede zes!"

Let er bij het opzetten op wie er op moet zetten omdat er soms bij het opzetten iemand met opzet de verkeerde laat opzetten. Vooral bij het accepteren van procedurefouten kan het mis gaan. De laatste persoon die zijn draaisteen gedraaid heeft moet opnieuw opzetten. Als je onterecht opzet is dit een procedurefout.